Spelregel van de week - Bal bij strafcorner blijft in de cirkel

3-11 Nieuws

Om uit een strafcorner te scoren, moet de bal eerst buiten de cirkel zijn geweest; iedere hockeyer weet dat! Een simpele spelregel die voor jou als scheidsrechter ietsepietsie ingewikkelder is om uit te voeren.

Aanvallers staan klaar buiten de cirkel, verdedigers staan klaar achter de achterlijn en de aangever speelt de bal naar een medespeler die (meestal) bij kop cirkel klaarstaat om de bal aan te nemen. Als scheidsrechter kies je positie door links van het doel (bij het eerste streepje) twee à drie stappen de cirkel in te lopen. Zodra de bal in beweging komt mogen verdedigers uitlopen en aanvallers positie kiezen in de cirkel. Als eerstverantwoordelijke scheidsrechter is het je taak om te letten op overtredingen tijdens het uitlopen en je stelt vast of de aanvaller de bal buiten de cirkel aanneemt.


Als je ziet dat de aanvaller de bal binnen de cirkel aanneemt, onthoud je dat en je laat gewoon verder spelen. Het enige dat niet kan is een doelpunt maken. Alle andere spelregels blijven gewoon van kracht. Ook als de aanvaller de bal vervolgens tegen de keeper aanschiet, laat je gewoon doorspelen. En als de bal van de keeper afkaatst op een manier die gevaarlijk is, geef je opnieuw een strafcorner. Ook als een verdediger de bal voor de doellijn de bal met de voet stopt geef je geen strafbal, het had immers nooit een doelpunt kunnen worden. Je geeft wel een strafcorner wegens ‘shoot’ in de cirkel door een verdediger. Blijf bij een doelpoging altijd attent op wiens stick de bal als laatste raakt voordat deze over de doellijn gaat. Is het een stick van de aanvaller: dan geef je uitslaan voor de verdediging; is het een stick van de verdediger (of via het lichaam van de keeper): dan geef je een lange corner.

Als de aanvaller de bal bij een strafcorner binnen de cirkel aanneemt en vervolgens hoog in het doel ‘pusht’ of (het eerste schot) laag tegen de plank schiet geef je uitslaan. Een advies: Houd er rekening mee dat de aanvallers het doelpunt al staan te vieren terwijl jij ‘uitslaan’ aangeeft. Pak daar als scheidsrechter even een moment rust: maak aan de aanvallers (met een kort fluitsignaal) duidelijk dat je ‘uitslaan’ aangeeft en je maant de verdedigende ploeg even te wachten met uitslaan. Je wilt voorkomen dat als gevolg van het onterecht vieren van een doelpunt de andere partij ineens een doelpunt maakt aan de andere kant. Als scheidsrechter creëer je niet meer onbegrip dan nodig!

Heb je vragen, opmerkingen? Stel ze gerust aan [email protected]

 

Reacties
Wil je reageren op het nieuws ?

Er zijn nog geen reacties, plaats uw reactie hieronder

Reageer nu!
Wil je reageren op het nieuws ?